Mijn vrouw kent Pokemon Go niet en denkt dat ook niemand anders het kent.
Mijn diëtiste heeft het spel vroeger wel gespeeld, en mijn kapper ook. Beide zijn betrekkelijk jong.
Ik moet meer bewegen van de dokter, maar de home trainer hangt me de keel uit: je trapt van niks naar nergens.
Zomaar een wandelingetje maken is zonder hond evenmin aantrekkelijk.
Pokemon Go spelen blijkt momenteel een oplossing. Eén doel van PG is Pokemons (pocket monsters) vangen. En die zitten buiten (
world wide), en dus ook in de wijk waar ik woon. Maar je moet er de deur voor uit. Om Pokemons te vangen heb je Pokeballs nodig, en die kun je gratis ophalen bij Pokestops. Bij Station Almere Oostvaarders is veel te vinden: naast Pokemons en Pokestops ook Gyms, waar je met je eigen team tegen een ander team kunt vechten met je Pokemons. Er zijn in zulke Gyms ook wel raids, waar je met een team een ongelooflijk sterke eindbaas moet verslaan. Tot slot kun je overal ook één-op-één Battles aangaan met anderen, en dat allemaal op je smartphone. In de Battles stel je je drie sterkste Pokemons op, in de hoop dat je daarmee je tegenstander kunt verslaan. Je hoeft niet per se met je grootste monsters op de proppen te komen: kleintjes die veel snelle aanvallen met electriciteit, gif of modder kunnen uitvoeren zijn soms te prefereren.
Ik heb vakantie, het weer is redelijk en dus ga ik dagelijks op Pokemonjacht, hetzij lopend of op de fiets. Regelmatig sta ik stil met mijn smartphone bij een Pokestop of Gym. Ik neem aan dat de meeste mensen zullen denken dat ik aan het WhatsAppen ben, of de route bekijk op Google Maps. Vandaag liep er een oudere man zijn hondje uit te laten en vroeg in het voorbijgaan:
"Aan de Pokemon?"
"Ja, inderdaad," antwoordde ik: "Ik had ooit in 2016 een account aangemaakt maar ben toen vrij snel gestopt. Ik ben weer begonnen om wat beweging te krijgen."
"Er is veel nieuws bijgekomen, hoor ik."
"Ja, dat klopt. Maar ik ben nu even in gevecht, dus ik ga me even concentreren."
"Succes dan," zei de man en liep door met zijn hondje.
Het gevecht was met R, de criminele tegenstrevers van de Pokemon-onderzoekers. Die mevrouw van R, Grunt van Team Rocket, ziet er aantrekkelijk uit, maar ze kan het van mijn Pokemons niet meer winnen. En dus moet ze haar cadeautjes afstaan.
Toen ik op het punt stond om weer verder te fietsen, fietsten er twee meisjes langs waarvan er eentje zei: "Prettige dag nog, meneer."
Of dit ook nog op Pokemon sloeg, weet ik niet, maar het was in elk geval erg aardig.
Bij de skatebaan en de grafittimuur naast het station en de AH was het een drukte van belang. Hier kon ik weer de nodige Pokeballs ophalen.
Ik werd benaderd door twee Marokkaanse pubers: "Welk Team bent u?"
"Team Rood."
"Oh, niet deze Gym aanvallen: we hebben hem net veroverd."
Ik stond naast een blauwe Gym met twee Pokemons erin om hem te verdedigen.
"Nee, ik was niet van plan om hem aan te vallen."
"Welk level bent u?"
"Niet zo heel hoog: 25."
"Ah, ik ben 22," zei de ene jongen.
"En ik 19," zei de andere.
"We gaan nu naar Het Zeearendsnest om daar een rode Gym te veroveren."
Die Gym was net nog geel, maar die heb ik veroverd, en ik heb er een Rampardos achtergelaten ter verdediging.
"Okay, succes ermee!" zeg ik en ik zie ze inderdaad de juiste kant oplopen.
"Misschien komen we elkaar nog wel eens tegen," roept de ene jongen nog, achteruitkijkend.